Vergeet niet uw werknemer tijdig te informeren over opname van vakantiedagen.

Iedere werknemer heeft recht op vier weken (op basis van een fulltime baan) vakantie op jaarbasis. Het gaat hier om de wettelijke vakantie-aanspraak. Komt iemand in de loop van het jaar in dienst dan vindt de opbouw naar rato plaats. In een individuele arbeidsovereenkomst of in een cao is vaak geregeld dat de werknemer recht heeft op meer vakantiedagen dan het wettelijke minimum, de zogenaamde bovenwettelijke dagen. Bij de toekenning van bovenwettelijke dagen kan worden afgeweken van de wettelijke regeling.

We zetten het even op een rijtje:

Vervaltermijn wettelijke vakantiedagen

Wettelijke vakantiedagen vervallen een half jaar na afloop van het kalenderjaar waarin ze zijn opgebouwd. Dit betekent concreet dat de wettelijke vakantiedagen over 2020 dus op 1 juli 2021 komen te vervallen.  Er zijn afwijkende schriftelijke partijafspraken mogelijk, als het in het voordeel van de werknemer is. De informatieplicht voor een werkgever vergt een vergaande inspanningsverplichting. Het is dus van belang voor een werkgever om de werknemer vóór 1 juli 2021 er op te wijzen dat zijn nog openstaande wettelijke vakantiedagen over 2020 komen te vervallen. De vervaltermijn is bedoeld als stimulans voor werknemers om hun wettelijke vakantiedagen op te nemen.

Bovenwettelijke vakantiedagen

Deze korte vervaltermijn geldt niet voor bovenwettelijke vakantiedagen. Ook geldt de korte vervaltermijn niet als de werknemer redelijkerwijs niet in staat is geweest zijn vakantiedagen op te nemen bijvoorbeeld in verband met drukte in de organisatie. Dan wordt weer teruggevallen op de reguliere verjaringstermijn van vijf jaar. Dit laatste mag niet te snel worden aangenomen. Ook zieke werknemers kunnen bijvoorbeeld gewoon vakantie opnemen. Dit geldt zeker als er re-integratieverplichtingen zijn opgelegd aan de werknemer. Tijdens vakantie is de zieke werknemer immers vrijgesteld van zijn re-integratieverplichting.

Verjaringstermijn bovenwettelijke vakantiedagen

Deze korte vervaltermijn geldt niet voor bovenwettelijke vakantiedagen. Nog een belangrijk punt is dat de korte vervaltermijn niet geldt als de werknemer redelijkerwijs niet in staat is geweest zijn vakantiedagen op te nemen bijvoorbeeld in verband met drukte in de organisatie. Dan wordt weer teruggevallen op de reguliere verjaringstermijn van vijf jaar. Dit laatste moet wel goed onderbouwd worden en mag niet te snel worden aangenomen. Ook zieke werknemers kunnen bijvoorbeeld gewoon vakantie opnemen. Dit geldt zeker als er re-integratieverplichtingen zijn opgelegd aan de werknemer. Tijdens vakantie is de zieke werknemer namelijk vrijgesteld van zijn re-integratieverplichting.

ATV-dagen vallen niet onder vakantieregeling

ATV-dagen vallen niet onder de regelgeving ten aanzien van vakantiedagen. Daarom is het wel mogelijk om ATV-dagen na een bepaalde tijd te laten vervallen.